Dit gaat hem worden, de laatste dag alweer van mijn 3e expeditie naar de rand van de wereld. De plek heeft zich dit jaar voor het eerst in al zijn grilligheid aan mij openbaard. Aan de ene kant ben ik blij, want er zeggen al mensen dat ik er al twee keer ben geweest met prachtig helder weer onder tropische omstandigheden met geen aasje wind. Sommige zeggen dan dat het te gemakkelijk is geweest en dat het niet echt mee telt. Daar is nu voorgoed mee afgerekend. Extreme kou met natte sneeuw meer dan één keer. Een gierende wind met horizontaal voortgedreven ijskoude regen. In Finland was het op de heenweg soms rond het vriespunt buiten en wederom op een paar dagen na heel veel regen. De gehele terug weg heeft meer iets van een Car Wash from hell waar ik continue doorgereden ben. Gelukkig heeft de fiets het weer prima gedaan want op zo’n lange tocht wil je niet te maken krijgen met technische mankementen.
De boot is vroeg, en nog voor 8 uur kunnen we van boord. Om het terrein af te komen, moet je eerst ergens een pin code gaan halen om de poort open te maken. In het kantoortje die deze codes afdrukken willen ze natuurlijk eerst weer je pasport zien voordat je zo’n tieketske krijgt zoals de Belgen zeggen. Echte Belgen gebruiken geen Engelse woorden. Later als ik na bijna een uur van vloeken en tieren eindelijk na 4 keer hopeloos verkeerd te zijn gereden, op illegale wijze langs de snelweg en dan over het terrein van Accelor-Mittal uit het vervloekte haven terrein geraak. Zie ik daar in één van de eerste stadjes een goed voorbeeld van. Ik moet twee keer kijken wat er staat op de pui van deze winkel. “Amai speelkes zijn weij” na een ietwat lange beschouwing van deze korte zin, kan ik maar tot één conclusie komen en dat is dat we hier met een Belgisch filiaal van “Toys r Us” te maken hebben. Eenmaal op het mooie Belgische platteland kan ik, buiten de normale slechte wegen van vervormd asfald of gescheurd beton, inclusief enkele kasseistroken toch lekker doorrijden. Na 32.02 Km op mijn dagteller voel ik de eerste regendruppels als ik de Cleylandshoeve passeer. Dan is het hek van de dam en gaan we een kilometer verder weer over op het Scandinavische weer type. Als ik bij het veer in Breskens aankom ben ik al weer koud en helemaal doorweekt.
Op de boot trek ik m’n regenpak aan en bel Bram van M5. Hoewel de winkel dicht is op maandag rukt hij toch uit om speciaal voor mij de Nespresso machine te bedienen. Ook mijn jongste zoon Ryan is onderweg met de auto om mij op te halen. Wat aanvankelijk een lekkere afsluitings rit zou moeten worden van 160 km met de wind in de rug is weer veranderd in de Scandinavische wasstraat waar ik bijna 3 weken in heb rondgereden. Als mijn zoon een uurtje later aankomt kan ik alleen maar denken hoe snel de tijd voorbij gegaan is. Gisteren hield ik hem als baby nog vast en nu is het een jonge volwassen man met zijn eigen rijbewijs. Als we thuis zijn hoef ik niet alles gelijk op te ruimen, want mijn vrouw is nog een paar dagen bij haar zus in Engeland, die momenteel haar laatste chemo behandeling krijgt. Welbeschouwd steld dat kleine beetje regen vergeleken bij dit soort dingen dus ook eigenlijk niks voor.
In bad probeerde ik het zomer nummer van Elsevier door te lezen, maar al gelijk op pagina 9 kom ik de gebruikelijke ellende over de Euro en de sterke onderhandelings positie van zwakkere Zuid-Europese landen tegen, die onder geen beding de euro mogen verlaten. Nu willen ze het het toezicht op banken overgeven aan de Europese Centrale Bank. Het gaat hier om meer dan 1000 banken. De Nederlandse bank is niet eens in staat om een handvol Nederlanse banken met een personeels bezetting van 1500 man in de gaten te houden. Dit gaat verkeerd aflopen, dat kan niet anders. Wellicht kunnen Finse wegenbouwers met zware explosieven het Griekse schiereiland fysiek van Europa losmaken. Drijven ze lekker af richting Turkije, waar ze het ook al zo goed mee kunnen vinden. Onze Zuiderburen de Belgen kunnen dan de Europese positie van de Grieken overnemen, met hun slechte wegen is het al een beetje een soort van Athene aan de Schelde geworden. Ook staat er rechts onderaan op pagina 9 een stukje met als kop “Geniet”, en de aanhef eronder is “Beter is het niewe meer”! Hoe je met minder beter af kan zijn? In gedachte zie ik de niet aflatende stroom van glanzende mausolea, die mij op weg naar en van de Nordkapp het leven zuur hebben gemaakt, die dingen zijn zo duur dat mij op de weg in 4 weken tijd in geld uitgedruk miljarden zijn gepasseerd. Lul niet over “Beter is het nieuwe meer”, ik geloof er geen reet van. Ik trek de zomer editie van de Elsevier onderwater en kneed hem tot het een stevige bal van papier maché is, om hem vervolgens met een sierlijke boog naar het prullebakje in de hoek te smijten.
Hoi Arthur,het was weer een mooi avontuur om te volgen, jammer van het weer want zo te zien had ik nog “goed” weer vergeleken met het weer tijdens jouw tocht…Mooi dat je materiaal geen problemen heeft gegeven en dat je weer heel thuis bent gekomen.Ik ben benieuwd waar de volgende expeditie naartoe gaat.Zelf begin ik alweer zin in Scandinavie fietsen te krijgen, maargoed toch maar even een jaartje wachten 😉
Alweer een positive beoordeeling, en een goed advies. Herman bedankt voor het meereizen en naar ik hoop tot volgend jaar, bij de volgende expeditie.
Arthur,Jammer dat je expeditie ´naar de rand van de wereld´ is afgelopen. Misschien hebben de anderen wel gelijk met hun opmerking dat zo´n tocht met mooie weersomstandigheden niet echt meetelt. Dat je moet afzien tijdens dat soort tochten om daar – vooral achteraf dan natuurlijk – van te genieten. Wellicht voorkomt het ook dat je voortdurend naar de rand van de wereld wil and last but not least helpt het je mogelijk om het centrum van de wereld – of wat zich daarvoor houdt – enigszins te verdragen.Tot ziens,Herman