Inlandsbanan heet de trein die ik wil nemen vanmorgen. Even van de grote weg
af en terug op asfalt zonder de hele tijd in je spiegel te hoeven kijken en
bedacht zijn om door een van paarse kleurspoeling voorziene bejaarde
met motorhome van het formaat klein hertenkamp van de weg afgedrukt te worden.
Of in het ergste geval binnen één klap te worden gereduceerd te worden tot een
pap slurpende invalide. Neen deze Super Randoneur gaat lekker met de trein. Die
is alleen gevaarlijk voor rendieren en daar zijn er zat van in Zweeds Lapland.
Al jaren probeer ik wat uit het oog verloren familieleden te bezoeken maar op de
een of andere manier lopen we elkaar ieder jaar net mis. Mijn neef Edwin heeft
al jaren een pied a tere in Moskosel een klein plaatsje net onder de poolcirkel.
Edwin is de zoon van mijn moeders broer Jan. De trein gaat met een sukkeldrafje
naar het noorden af en toe lekker even stoppen voor koffie en ontbijt en dan is
het al weer bijna tijd voor de lunch. Zoal gebruikelijk zit hij helemaal vol met
ouderen. Je moet oppassen met het woord bejaarden want dat ben ik inmiddels zelf
ook bijna.

Om kwart over 5 kom ik op het station aan, ik neem afscheid van Anne Brit
onze hostess op de Inlandsbanan. Ze kan prachtig zingen en daarom zullen ze haar
contract niet snel opzeggen. Naast het zingen is een van haar bezigheden het
vertellen over wetenswaardigheden langs het traject van de lijn. Ze kende me nog
van vorig jaar en ik was haar mooie stem ook nog niet vergeten. Als ik de
Abmorvagen afrij op zoek naar het huis van neef Eddy zoals hij daar genoemd
word, herken ik dingen van mijn eerste tocht in 2010. En toch rij ik te ver
door. De Nederlandse vlag aan het huis gaf natuurlijk al weg waar het zou moeten
zijn. Als ik daar aankom lijkt het net of ik na al die dagen fietsen thuis kom.
Oom Jan en zijn vrouw Neef Edwin met vrouw en dochter plus aanhang, een hele
Nederlandse enclave binnen Moskosel.

Dan volgt nog een verassing, als ik door de gastvrije familieleden wordt
uitgenodigd om mee te eten komt daar een echte Hollands pot op tafel met
balletje gehakt, jus, aardappelen, doperten, appelmoes en broccoli. iedereen om
me heen zit tevreden te prakken op nog geen 60 kilometer van de poolcirkel zou
je eerder gerookte vis of rendier verwachten, toch?

Na het eten neem ik afscheid van deze bijna verloren tak van de familie, en
neef Edwin fiets nog even een kilometer of 20 met me mee richting poolcirkel.
Heerlijke avond met geen zuchtje wind. Als neef Edwin omkeert is het bijna
vreemd, alsof je hier op zo’n prachtige zomer avond met je familie over deze
ongenaakbare weg kan rijden. Maar het weer zit zeker mee en het begint pas om 11
uur koud te worden. Na zo’n lange dag ga ik na een poosje zoeken mijn hangmat
ophangen. ik hoef niet te koken want het echte Hollandse balletje gehakt geeft
nog volop energie. Prachtig meer net van de weg, even een klein vuur gemaakt
om warm te worden en de muggen op afstand te houden en daarna heerlijk onder
zeil. Lange treinreis en toch nog 60 kilometer gefietst. De poolcirkel bewaar ik
voor morgen.